Nederlands MediaNetwerk

Het filosofisch kwintet: onze economie en identiteit

Herhaling d.d. 28 juli van de uitzending op 7 juli
De uitdrukking “Voor niets gaat de zon op” is van ver vóór het herleefde neoliberalisme (neoliberalisme en de-staat) Het neoliberalisme stamt uit de jaren ’30 van de vorige eeuw. Dat besef over die voor niets opgaande zon leefde ook al onder het kabinet Den Uyl en ten tijde van een socialistische PvdA. Nu hebben we in Nederland een sociaaldemocratische PvdA en bestaat volgens een filosofische benadering van “onze economie en identiteit” de politiek niet meer. De centrale vraag was in dit filosofisch kwintet: wat doet de economie met onze identiteit?

28 juli wisselden hoogleraren opnieuw inspirerende gedachten onder leiding van Clairy Polak en Ad Verbrugge. 7 juli had ik de uitzending gemist. Gasten waren: Irene van Staveren (Human Resources and Local Development (SG3) International Institute of Social Studies (ISS) Erasmus University Rotterdam), Paul Verhaeghe (klinisch psycholoog aan de universiteit van Gent) en Haroon Sheikh (filosoof en onderzoeker bij een investeringsmaatschappij).

We zouden door de gedachtewisseling zomaar kunnen gaan denken dat de 25% extra omzet in de biologische voedselindustrie, voortgebracht wordt door idealistische individuen in plaats van door de meest vermogenden uit onze samenleving die meer en meer vermogend worden juist in deze tijden van crisis. We zouden zomaar kunnen gaan denken dat die 25% extra omzet afkomstig is van losstaande individuen die inzien dat de samenleving niet op de goede weg is doordat we alsmaar meer willen en doordat we rijker en rijker willen worden. Dat de afzonderlijke bronnen voor deze extra omzet tot inkeer zijn gekomen omdat ze inzien dat onze moresloze samenleving de bodem heeft bereikt. Wat mij betreft is speculeren wel iets anders dan filosoferen. We zouden ook zomaar kunnen gaan denken dat Amerikanen gemiddeld vrijgeviger zijn dan Nederlanders gemiddeld; 1% van de Amerikaanse bevolking verdient gezamenlijk meer dan 90% van de rest van die bevolking.

Ik volgde de discussie bijna zin voor zin. Hele interessante gedachten vormden uiteindelijk voor mij een soort van “kruimeltaart” als eindresultaat: tussen de afzonderlijke uitspraken zaten onmiskenbaar verbanden, al werden ze gaandeweg het gesprek steeds minder expliciet benoemd. Dat kon misschien ook niet vanwege gebrek aan tijd. “We zijn sterk onze concurrenten geworden. Wat is nog het gemeenschappelijk goed? Wat is het verenigende principe” vroeg Ad Verbrugge zich af in een verder gevorderd stadium van de discussie. Tot die notie is het niet gekomen in dit gesprek.

Inspirerend was voor mij te vernemen dat er geen politiek meer bestaat omdat de politieke sturing 100% wordt ingegeven door de economie. En dat terwijl de economie geen ijzer met handen blijkt te kunnen breken en bovendien de economen het niet eens zijn over de definitie van economie. Al met al maakten deze personen het voor mij zonneklaar dat we onder leiding van de Verenigde Staten nu al langere tijd een doodlopende straat aan het inlopen zijn, hoe oneindig behoeften ook worden gedefinieerd in de economie. En toch kwamen de gesprekspartners niet tot die conclusie.

Voor mij werd in ieder geval duidelijk dat de verschillende uiteenlopende uitspraken van deze wetenschappers niet te vangen zijn in één helder kader. Ik waag het in ieder geval niet dat kader te formuleren. Onder het kwintet heerste enige eensgezindheid over de zinloosheid om van onze samenleving een verzameling ongebonden individuen te maken. Na afloop van de reeks associatieve uitspraken, besloot ik enkele ervan toe te passen op mijn eigen economische activiteiten. Toevallig verdien ik mijn brood als zelfstandig notulist in onder meer dus een wereld die niet meer bestaat volgens een van de sprekers aan deze tafel dan. De uitspraak werd wel beaamd door anderen.

Ik notuleer politieke vergaderingen. Het zal dus in de ogen van Paul Verhaeghe een wonder zijn dat ik mijn brood verdien. Het motiveerde mij na te gaan waar ik dan precies sta als ondernemer/serviceverlener aan de overheid, wanneer ik de uitspraken van deze wetenschappers als uitgangspunt neem.

Ik zit in de markt als notulist om onder meer service te verlenen aan ambtenaren die het politieke bestuur ondersteunen. Voor die ondersteuning huren ambtenaren mij in.

Het neoliberalisme werkt onder meer volgens de macht van de grote getallen. Wanneer we spreken over identiteit, zal straks alleen nog onze identiteit te ontlenen zijn aan die grote getallen. Voor mij betekent het dat grote organisaties mijn concurrenten kunnen zijn in de ogen van ambtelijke opdrachtgevers. Die opdrachtgevers kunnen dan mogelijk willen bewijzen dat één enkel persoon de opdrachten niet kan behappen. Dat kunnen die opdrachtgevers door het werk zo te organiseren dat het ook niet meer mogelijk is als één enkel persoon om de dienst te verlenen zoals verlangd.

Ik besef na dit gesprek dat ik als ondernemer mij contrair aan het neoliberalisme heb opgesteld; ik wil voor onze overheid vooral een maatschappelijk betrokken zelfstandig notulist zijn. Dat betekent dat ik mij ging oriënteren op de positie die de notulist inneemt in de ambtelijke organisatie tussen het bestuur en de ambtenaren in, in de context van wettelijke kaders. En dat betekende dat ik vanaf 2009 ging publiceren om mijn inzichten bekend te maken. Ik stelde vragen aan de orde als: hoe weet je in de ambtelijke omgeving dat je goed presteert? Voor het bedrijfsleven is dat duidelijk: snel een product leveren in een goede kwaliteit/prijs-verhouding. Hoe duidelijk is de gewenste kwaliteit bij opdrachtgevers bij de overheid?

Dit filosofisch gesprek maakte voor mij duidelijk dat ik in de huidige stemming in onze samenleving voor het grote geld had moeten gaan zonder na te denken over wat het betekent om als notulist mijn bijdrage te leveren aan het politieke bedrijf. Ik had vooral aan mijn eigen bedrijf moeten denken en het streven moeten hebben van mijn eenmansbedrijf een groot winstgevend bedrijf te maken. Ik had moeten nagaan welke van mijn producten het meest winstgevend waren. Daarbij had ik moeten uitgaan van de winst en niet van wat ik het liefste deed: de afwisseling tussen vergaderingen aan de kant van B&W en vergaderingen aan de kant van de gemeen­teraad. Ik heb dat niet gedaan, ik heb niet gedacht aan het grote geld. Ik kan namelijk met veel genoegen luisteren naar onder meer politieke discussies en ik laat mij met evenveel genoegen uitdagen tot de verslaglegging van onder meer ingewikkelde ambtelijke vergaderingen.

Een overheid in de context van het neoliberalisme zit dus niet te wachten op een ondernemer die zich inleeft in de positie van ambtenarenondersteuners van de politiek. Een neoliberaal zegt tegen de ondernemernotulist: “Kom op joh, schrijf op wat de macht van de grote getallen zegt, doe het zo snel mogelijk voor je eigen belang, zorg dat je een groot bedrijf krijgt zo dat je kunt meedoen met het spel van die macht. Houd je niet bezig met onderwerpen waarmee Thorbecke zich bezighield, maar zorg dat je veel geld verdient en dat je je bedrijf groter maakt. Pas dan ben je een succesvol ondernemer die door de macht te vertrouwen is. Jouw belangen zullen dan al gauw de belangen worden van je opdrachtgevers.” Ik had in de context van het neoliberalisme de democratie niet als leidmotief moeten kiezen, en ook niet de politiek. Ik had wellicht beter kunnen kiezen voor de economie. Of toch niet?

Dit alles neemt niet weg dat ik mijn zakelijke context boeiend blijf vinden. Dat is een kwalitatief soort “boeiend” – daar waar de filosofen zeggen dat het neoliberalisme bepaald niet leidt tot vrijheid. Tenslotte worden we steeds nadrukkelijker geleefd door de macht van de grote getallen: een kwantitatief soort ‘boeiend’: miljarden overheidsgeld zijn inmiddels overgeheveld naar banken. Miljarden maatschappelijk stuurgeld werden zo overgeheveld naar centra van de macht van handelsinstellingen met neoliberaal gedachtegoed. Daar tellen de economische wetten die onder meer bepalen hoeveel krediet een ondernemer waard is.

Ik doe mijn werk nog met heel veel plezier, en een stuk bewuster dan toen ik 20 jaar geleden daarmee begon. Ik verdiepte mij in het politieke bedrijf en ik ontwikkelde daar opvattingen over. Dat had ik dus niet moeten doen? Of toch? Waar zit de tegenstroming van het neoliberalisme? Is die er wel? Mijn uitgangspunt was dat een ambtenaar voor meer dan het geld gaat, dat een ambtenaar in de eerste plaats gaat voor de samenleving en voor de ondersteuning van de politiek. Ik heb mij verplaatst in een imaginaire ‘ambtenaar met visie’. Ik dacht: een goede ondernemer leeft zich in zo dat hij de opdrachtgever geeft wat hij goed kan gebruiken.

Ik hoop na deze uitzending vurig dat de politiek ervan blijk gaat geven nog te bestaan, met een adequate reactie op “de kruimeltaart” die Europa is. Dit filosofisch gesprek zou de politiek kunnen opvatten als inspiratiebron: de economie is meer dan boekhouden. Economie bestaat uit heel veel parameters. Daar horen ook menselijke waarden bij, de mores, betrouwbaarheid, vertrouwen, de verschillende culturen, de manieren om tot (zakelijke) beslissingen te komen. Dat vergt dus een politieke hantering van economische inzichten vanuit inleving in plaats van het nemen van beslissingen door de koude hantering van “economische wetten”. Een dergelijke benadering leidt dan als vanzelf tot een andere noord-zuid-dialoog in Europa. Andere landen hebben andere culturen en die moeten op een andere wijze benaderd worden als het gaat om het uiteindelijk na te streven resultaat: tot een goed draaiende economie te komen in Europa als geheel. Wanneer de gesprekken daarover gaan in Brussel, zal er veel gespreksstof zijn. Iemand moet dan wel op enig moment conclusies trekken uit het gewisselde. Dat moet dan iemand zijn die goed kan luisteren, veel begrip heeft en die twistgesprekken kan vermijden.

Conclusies

De som van de afzonderlijke delen in Europa kan alleen tot een meerwaarde komen die groter is dan de kale som van elk van die afzonderlijke delen wanneer de intrinsieke waarde van elk van die delen 100% meetelt in het nog te ontwikkelen Europese systeem. Het mag toch niet zo zijn dat Europa met één munt onstabieler is dan het Europa met de verschillende munten?

Laat politiek Nederland door dit gesprek in het kwintet geïnspireerd worden en inspiratie gaan geven zo dat de Europese landen een steeds hechter verband krijgen. Niet een verband vanwege de macht van de grote getallen. Niet door het dwingende oog van onze vriend de wereldleider. Niet door voorschriften van een krachtige economische macht in het Europese. Maar wel door inspiratie en creatief denken, door politici die inspireren.

Laat die hechtere band dan een ideaal zijn. Zonder idealen valt er niets te inspireren. Laten we het tij keren. Wanneer we doorgaan zonder idealen, zal de zon straks ook niet meer voor niets opgaan. De eerste tekenen zijn daarvan al te zien: de advertenties in de krant over hoeveel het dak voor ons kan opleveren mét zonnepanelen. We zijn kennelijk alleen geïnteresseerd in duurzame energie als we er aan verdienen, en niet omdat we ervan overtuigd zijn dat het goed is voor generaties na ons.

Ik moest bij de neoliberale beschouwingen aan deze filosofentafel ook denken aan de film Rainman. De broer van deze autist met geniale eigenschappen ging pas van hem houden nadat hij in het casino $ 80.000 had verdiend met diens bijzondere gaven.

Laten we ophouden elkaar alleen nog maar te gebruiken. Laten we ophouden elkaar alleen nog maar als concurrent te zien of als tool. Laten we ruimte geven aan idealen en intrinsieke motivatie. Alleen dan kunnen we het tij keren. We zullen de wijste moeten zijn en blijven. Niet per se de rijkste en de sterkste.

Ook in dit filosofisch gesprek werden de VS vluchtig weer opgevoerd als onze grote sterke broer die voor ons als voorbeeld kan dienen (een “krachtige economie”). Dan nu een paar feiten uit een onverdachte bron over die krachtige Amerikaanse economie. Meer argumenten uit onverdachte hoek die duidelijk maken dat de krachtige Amerikaanse economie niet voetstoots als voorbeeld moet dienen voor onze Europese samenlevingen.

We zullen voor ons zelf ons goede voorbeeld moeten worden vanuit onze eigenwaarde en zonder onze identiteit te importeren en zonder ons over te leveren aan een vreemde calculerende staat. Politiek bestuur van Nederland, luister naar uw eigen calculerende burgers (oikonomos, manager van het huishouden) en plaats wat u hoort in de bredere kaders van Europa en ga de discussie aan op inhoudelijke argumenten. Anders blijven de staten van Europa geïsoleerde cellen in een gemankeerd systeem. U kunt de discussie naluisteren door bovenaan dit artikel op de hyperlink te klikken.

De aantallen binnen Europa hebben we alleen nodig naar buiten toe – intern gelden vooral de inhoudelijke argumenten om tot een economie te komen die bij Europa past.

Weergaven: 295

Opmerking

Je moet lid zijn van Nederlands MediaNetwerk om reacties te kunnen toevoegen!

Wordt lid van Nederlands MediaNetwerk

Interviews

Nieuwsbrief


Nieuwsbrief


Meld je aan voor de nieuwsbrief! Iedere dinsdag het nieuwste media nieuws, de scherpste communicatie columns en de beste vacatures in jouw inbox

Naam:
Email addres:

 

Bestaande en nieuwe leden krijgen de nieuwsbrief automatisch toegestuurd (opt-out)


Klik hier voor de meest recente nieuwsbrief

 

 

Stuur ons uw persberichten!

Het Nederlands MediaNetwerk ontvangt graag uw - voor media- en communicatie professionals relevante - persberichten! Stuur ze naar

info@nederlandsmedianieuws.nl

Afzenders van persberichten ontvangen automatisch het wekelijkse online magazine Nederlands MediaNieuws

Columns


Badge

Bezig met laden...

© 2024   Gemaakt door Bas Vlugt.   Verzorgd door

Banners  |  Een probleem rapporteren?  |  Algemene voorwaarden